werelddoel #10

Gelijke kansen voor iedereen

Verder

Van maandag tot vrijdag zit je op school. Na school ga je misschien naar de sportvereniging of muziekles. En in het weekend doe je leuke dingen met familie en vrienden. In Nederland hebben we het goed voor elkaar. We zijn een land waarin mensen elkaar graag helpen. En waar het verschil tussen arme en rijke mensen minder groot is dan in veel andere landen.

De afgelopen jaren bleef het verschil tussen arm en rijk in Nederland stabiel. Ruim negen procent van de kinderen tot en met twaalf jaar leeft in Nederland in armoede. Daar moeten we dus iets aan doen.

Even een vraag: spaar jij een beetje voor later? Dat is een goed idee. Dan heb je een ‘appeltje voor de dorst’. Veel mensen sparen. Bijvoorbeeld voor hun pensioen. In Nederland gaan steeds meer mensen met pensioen. Dat komt door de ‘vergrijzing’ (er komen meer oudere mensen). Samen moeten we zorgen dat voor die mensen genoeg geld opzijgezet is.

Gelijke kansen voor iedereen betekent ook dat we elkaar allemaal gelijk behandelen. En dat we dus niet discrimineren. In 2022 voelde 12,1% van de bevolking in Nederland (15+) zich ‘lid van een gediscrimineerde groep’. Dat cijfer is gestegen ten opzichte van eerdere jaren en het is natuurlijk pas laag genoeg als het op nul staat.

Hoe scoort Nederland op dit werelddoel?

  • 1/4
    41,2% van alle Nederlanders (15+) doet wel eens vrijwilligerswerk via een organisatie of vereniging. Daarmee staan we op de tweede plek in Europa Bron: CBS
  • 2/4
    66,0% van de mensen (15+) vindt de meeste andere mensen te vertrouwen (2022). Met dat percentage doen we het goed in Europa. Bron: CBS
  • 3/4
    Nederlanders sparen maar maken ook steeds meer schulden. De regering moet ervoor zorgen dat er nu én in de toekomst genoeg geld is voor de zorg en pensioenen. Bron: CBS
  • 4/4
    Meer dan een kwart (28,6%) van de Nederlanders maakt zich zorgen om zijn of haar financiële toekomst. Dit aantal is gestegen in 2022 Bron: CBS

‘Iedereen heeft recht op een leuk leven’

Amar uit Amsterdam is kinderambassadeur van Werelddoel 10: gelijke kansen voor iedereen.
  • Waarom wil jij juist over dít doel vertellen?
  • ‘Vrienden van mij werden uitgescholden omdat ze een andere huidskleur hebben. ‘Aap’ en ‘slaaf’ werd er geroepen. Dat kan echt niet. Ik heb er ook iets van gezegd. Ik vind het niet leuk als iemand wordt gepest, alleen maar omdat hij of zij er anders uitziet dan de rest.’
  • Je maakt je er echt boos over hè?
  • ‘Ja. Het slaat nergens op. Je kunt het net zo goed omdraaien. Als ik bij de kinderen in mijn klas ga zitten met een donkere huidskleur, dan ben ík anders. Want mijn huidskleur is lichter. Zie je? Het is maar net van welke kant je het bekijkt. We zijn allemaal mensen, daar gaat het om.’
  • En het gaat niet alleen over huidskleur...
  • ‘Homo’s en lesbiennes worden ook uitgescholden. Of mensen met een ander geloof dan de rest. Of kinderen die niet zoveel geld hebben als anderen. Dat vind ik net zo erg. Ik ben zelf niet gelovig. Andere kinderen misschien wel. Dat maakt me niet uit. Als ik ze aardig vind, zijn het mijn vrienden.’
  • Hoe zorg je dat discriminatie stopt en iedereen gelijke kansen heeft?
  • ‘Je moet iemand accepteren voor wie hij is. Mensen zijn goed zoals ze zijn. En als je kunt helpen, doe dat dan. Mijn oma heeft Parkinson. Als ik met haar naar de winkel ga, vindt ze dat heel fijn. Je kunt andere mensen helpen die ziek of arm of verdrietig zijn. Want iedereen heeft recht op een leuk leven.’